zondag 1 november 2015

Ecuador - Peru

Aluasi
 
On the road in Ecuador

Cuenca

Cuenca

top level meeting

Parrot accident

Driving to Huaraz

Huaraz

Andes

Indians at road stop

Andes

Nederlandse versie
22 oktober Latacunga - Cuenca 359 km
Bijtijds vertrokken. We worden door ons navigatie-apparaat wat slechte straten ingestuurd, maar komen zo wel snel op de hoofdweg, zonder dat we door het drukke centrum hoeven. Door de slechte weg is echter Harry's bagage losgetrild. Snel weer vastgemaakt. Eén van de nachtmerries is bagage dat van de motorfiets afvalt en tussen het achterwiel en het frame komt. Zijn hele vervelende filmpjes van te zien op youtube. 
Het eerste stuk gaat vlot over strak asfalt. Het is wel overal een zooitje langs de weg, zoveel zwerfafval hebben we tot heden nergens gezien. Het is fris, op een gegeven moment zelfs 9,5 graad. Gelukkig loopt de temperatuur daarna weer wat op, maar het is goed dat we ons vanmorgen wat warmer hebben aangekleed. We rijden op hoogte, de hele dag tussen de 2500 en 3800 meter in. Het gladde vierbaans asfalt gaat opeens weer over in een veel slechtere tweebaansweg, opletten weer op scheuren en gaten in de weg. De omgeving wordt gedurende de dag steeds mooier. We besluiten tot in een stop in Alausi. Ook hier is een Indiaanse markt, echter veel kleiner en minder toeristisch. We gaan niet naar de markt. In plaats daarvan zitten we gewoon aan een tafeltje buiten bij een restaurant en kijken onze ogen uit naar alles wat er voorbij komt. Opeens horen we luid schreeuwende varkens en even later zien we de eigenaresse met de twee zwarte varkens aan een touw lopen. Een minuut of tien later lijken de varkens verkocht en met enig geworstel worden ze in twee aparte zakken gepropt. er loopt echter nog veel meer voorbij. We schieten de éne na de andere foto en het kost moeite om te stoppen. We stappen weer op en slingeren weer verder over de bergwegen. De wolken hangen laag. Geeft prachtige plaatjes. We stoppen nog even om een broodje te eten. Ook hier weer hele fotogenieke plaatjes. Op een afstand van nog geen 50 meter hangen bij drie verschillende tentjes gevilde varkens buiten met soms nog een teiltje er onder om het bloed op te vangen. Weer veel Indianen, die in de bergen om de dorpjes heen wonen. Als je vraagt of je een foto mag maken, is het antwoord meestal nee. De telelens brengt echter uitkomst, dan sta je niet zo pontificaal bij de mensen voor hun neus foto's maken. Als we weer opstappen begint het te miezeren. Even later wordt de regen serieuzer, en trekken we onze regenkleding aan. En ja hoor, dan wordt het al snel weer droog. Bij deze tempersturen moeten we echter wat voorzichtiger worden. Je nu nat laten regenen betekent kou lijden. Voorheen droogde je al snel weer op in de zon en was zelfs in de regen de temperatuur nog aangenaam. De laaghangende wolken zorgen er voor dat je af en toe geen hand voor ogen ziet en dat bij een weg die nog nat is van de regen maakt dat we wat voorzichtiger rijden. In Cuenca vinden we het beoogde hostel vrij makkelijk. Helaas geen beveiligde parkeerplek voor de motoren en de nabijgelegen parkeerplaats vinden we te duur. Dus dan maar voor de deur parkeren en alles van de motor afhalen.
We lopen nog even de stad in. Wat we zien, vinden we mooi en we besluiten een nacht extra hier te blijven. Kunnen we de stad wat beter bekijken, maar ook de was laten doen en nog even naar de verdere route voor de komende zeven weken kijken.
Er blijkt een concert te zijn. Daar willen we wel naar toe, maar we moeten nog eten! We eten snel een hot dog en een sandwich. We zijn precies op tijd. Het concert blijkt van leerlingen van de Duitse middelbare school in Quito, Guayaquil en Cuenca te zijn. Ze zingen wel zuiver, maar zetten vaak te laat in. Ze zingen een mengelmoes van Engelse, Duitse en Spaanse liederen. Leuk om naar koor èn publiek te kijken, maar de kwaliteit viel een beetje tegen.
Bij terugkomst in het hostel krijgen we het dringende advies de motoren niet buiten te laten staan gedurende de nacht. Ze mogen bij het hostel binnen, maar pas tegen twaalven, want ze hebben ook een goed lopende bar/restaurant en die gasten moeten eerst weg zijn. Voor ons doen dus laat naar bed.

Vrijdag 23 oktober Cuenca
De wekker gezet om de motoren weer buiten te zetten, want ze moesten voor achten weer uit de hal. Maar dat had het personeel van het hostel al gedaan. Ook goed. Wel nog even de sloten aangebracht.
Na het ontbijt de was weggebracht en de stad ingelopen. Mooie gevels, prachtige kathedraal. Lekkere Sachertorte gegeten bij Café Austria en daarna de was opgehaald. Helemaal schoon zijn onze kleren niet, maar we laten maar in het midden of dat komt door de kwaliteit van de wasserij of doordat ze zo extreem vuil waren.
We bezoeken twee gratis musea. De eerste, Pumapongo, vreemd genoeg van de Centrale Bank,  geeft een overzicht van de verschillende oorspronkelijke bevolkingsgroepen in Ecuador. Wel aardig, niet super. Speciaal was echter de tentoonstelling van een aantal shrunken heads gemaakt door de Shuari indianen. Helaas stond er in het museum weinig uitleg bij de betreffende hoofden, maar zoals vaker helpt Wikipedia ons. Oorspronkelijk werden de hoofden gekrompen omdat de Indianen geloofden dat op die manier de geesten van de overwonnene overgingen naar de overwinnaar en hem voortaan zouden dienen. Het krimpproces is een luguber karweitje. De hele schedel wordt verwijderd, het hoofd wordt geprepareerd (koken met bepaalde grassen, verwarmen met warme stenen, insmeren met houtskool) en de ruimte in het hoofd wordt opgevuld met een houten bal. Later toen de westerse wereld kennis kreeg van de shrunken heads, werd de vraag zo groot dat het aantal moorden sterk toenam. Daar zou volgens Wikipedia ook de term headhunting vandaan komen.
Daarna naar een museum waar de beroemde panamahoed gemaakt en tentoongesteld wordt. Ook gericht op verkoop van de hoeden natuurlijk, maar op geen enkele manier opdringerig. Harry koopt een pet. Nog een stukje door de stad gewandeld, een broodje bij een Subway, koffie met tiramisu en amande de arabe in een trattoria, kortom het leven is goed in Cuenca. Daarna wat huiselijke werkzaamheden zoals de route bepalen en aan het blog schrijven. De death road in Bolivia gaan we maar niet doen. Maar we krijgen nog een paar lastige stukken, mede afhankelijk van de weersomstandigheden. Wat dat betreft hebben we in Midden-Amerika geluk gehad: toen wij er waren niets gemerkt van het orkaanseizoen en nu komt Patricia aanzetten, naar verwachting één van de zwaarste orkanen van de laatste jaren! Een vreemde mengeling van spanning en angst in ons lijf, zoals we die deze reis al vaker hebben gevoeld, maar tot heden vaak voor niets zorgen gemaakt. De mens lijdt het meest van het lijden dat ie vreest. 
Vanavond gegeten bij een jazzcafé met livemuziek. Ja ja, het valt niet mee al dat reizen.

Zaterdag 24 oktober Cuenca - Macara 385 km
Motoren weer naar buiten en zo snel mogelijk de bagage opladen. Verloopt vlot, maar als we na het ontbijt naar buiten lopen, hangen allebei de spanbanden van Harry los. Verdorie, dat lijkt toch op een poging tot diefstal. Geeft een vervelend onveilig gevoel. Er is niets weg. Gelukkig. Maar de waarschuwingen voor de onveilige buurt lijken terecht geweest. 
Op pad. Gaat vlotjes, ofschoon we continu door de bergen slingerende tweebaanswegen rijden. Bij de eerste stop stoot André zijn hoofd bij een bezoek aan het toilet. De deuren van het toilet hebben vaak een ijzeren frame. De deuren en het frame zijn echter ingesteld op de gemiddelde grootte van een Ecuadoriaan en dat betekent dat Harry bijna dertig centimeter boven de deur uitsteekt en zowel André als hij flink moeten bukken. André bukte niet diep genoeg. En heeft nu een schaafwond op zijn kruin. 
De omgeving is mooi. Als we weer eens stoppen om foto's te maken raakt André aan de praat met een 88 jarige man. Hij woont in een huisje zonder stromend water. Was al eens naar het dorp verhuisd, maar dat beviel 'm niks. Als André vraagt naar zijn inkomen, wijst hij naar diverse gebouwen en gronden, die van hem zouden zijn. André mag foto's van 'm maken. De man praat maar door. Zelfs als we weg rijden praat ie nog. We zijn vandaag op 3500 meter geweest en dan is het lekker dat je wat warmer gekleed bent. Maar als we stoppen voor de lunch zijn we al flink gedaald en wordt het direct warmer. We ontdoen ons van een paar laagjes. De weg is rustig en wordt tijdens het laatste deel van vandaag nog rustiger. We zien dat direct terug in het straatbeeld. Koeien grazen in het gras langs de weg, we zien een groepje van een stuk of vijf loslopende wilde paarden en op de linkerweghelft wordt een ezeltje gezoogd door zijn moeder. En dan een botsing! Als we langsrijden vliegt een groep van 10 tot 20 papegaaien op en één ervan wordt door André geraakt. Zelfs André als letselschadespecialist weet hier de schuldvraag niet op te lossen. Onoplettendheid van de motorrijder of roekeloos vliegen van de papegaai? We weten het niet. De vogel ligt als verdoofd op André's hand. Met enige moeite weet André zijn motor tot stilstand te brengen. We leggen de papegaai voorzichtig op het zadel. Hij lijkt al in te slapen, doet soms zijn ogen toe. Maar opeens lijkt hij weer kracht te hebben, want als André de papegaai weer wil pakken, fladdert ie van de motor op de grond. Hij lijkt iets op te knappen. Er lijkt iets mis met zijn linkervleugel. André probeert 'm weer te pakken om hem iets verder in het struikgewas te zetten. Maar de papegaai heeft genoeg van de menselijke bemoeienis. Hij bijt André flink in zijn duim. We laten de papegaai achter in het struikgewas. Zullen nooit weten of hij herstelt en dit noodlottige ongeval zal weten te overleven.
We arriveren in Macara op circa 800 meter hoogte bij een keurig hotel met een overdekte afgesloten parkeergarage. De temperatuur is hier flink wat hoger en we zetten de airco aan. We lopen het stadje in voor eten. Eindigen bij een hamburgertent. Het ziet er niet allemaal even fris uit, vette oliewalm. Maar goed, de magen zijn weer gevuld. Als we teruglopen naar ons hotel zien we dat er op het plein voor het dorp iets te doen is. We gaan kijken. Er wordt aan iedereen bekers met drinken uitgedeeld. Wij slaan eerst vriendelijk af, maar Harry accepteert toch een beker en een broodje. Blijkt zowaar nog redelijk te smaken ook. Is warm, lijkt een beetje op glūhwein, maar dan met vruchten er in. Het evenement op het plein is vooral aandoenlijk. Kinderen playbacken tekst en liedjes, er is een enigszins vals zingende zanger en een zangeres met een beetje stem maar vooral goede looks. En als hoogtepunt loopt een man rond met op zijn hoofd een papiermaché kalf, waaraan de buitenkant allemaal vuurwerk is bevestigd. Op het eind vliegt onbedoeld het achterwerk van het kalf in de brand. Loopt goed af. We snappen de diepere betekenis niet, maar het is wel geinig om hier op zaterdagavond deel van uit te maken.

Zondag 25 oktober Maraca Ecuador - Chiclayo Peru 381 km
Na even gefacetimed te hebben met Esther, de dochter van Harry (en Jos), en haar kinderen Cas en Max vertrekken we richting de 10 km verderop gelegen grens. Het is er rustig, we worden aan beide kanten vriendelijk geholpen en de waarschuwingen voor dieven aan de grens bij Peru lijken overdreven. Maar komt waarschijnlijk ook doordat dit zo'n rustige grenspost is. Het duurt toch nog bijna twee uur voor alle formaliteiten zijn afgehandeld. Vooral de man die de tijdelijke import van de motoren moet regelen heeft veel tijd nodig. Zijn computer valt twee keer uit en bij bijna elk woord of nummer dat hij intypt maakt hij een fout. We kijken dus nadrukkelijk over zijn schouder mee. De verplichte verzekering gaat onverwacht makkelijk. Voor usd 33 p.p. zijn we voor een maand verzekerd.
Bij bijna elke grensovergang verandert het landschap nadrukkelijk. Niet zo vreemd natuurlijk, grenzen zijn vaak bepaald door natuurlijke overgangen. Hier worden de twee landen gescheiden door een rivier. Aan de Peruaanse kant is het landschap veel minder bergachtig en het wordt ook al snel minder groen. De temperatuur loopt op en we hebben een bijna strak blauwe lucht. De weg is goed met af en toe een verkeersdrempel, maar we kunnen aardig opschieten. Harry ziet een overstekende leguaan te laat en rijdt er dwars overheen. 
Vanaf Sullana rijden we een woestijn in. We zitten een kilometer of 25 van de oceaan af. De wind neemt toe. Onderweg zien we nog een processie. Enorme draagbaar met zeker vijftig man om te dragen, een orkest en langs de weg een lange sliet met ballonnen die bij het passeren van de processie doorgeprikt worden. We stoppen even en filmen wat. We voelen ons echter teveel indringer (en zo worden we ook bekeken), dus we gaan weer snel verder. 
Na Piura wordt het steeds meer woestijn en neemt ook de wind toe. We moeten er voor werken vandaag. Het zijn lange rechte wegen, met in de verte spiegelend wegdek. De wind blaast het zand over het asfalt. Langs de weg niets dan zand. Af en toe voel je je echt in the middle of nowhere. We stoppen ergens halverwege om even op adem te komen en om wat te drinken. Desolate plek op de zandvlakte met een restaurantje en een kerkje. Daartussen nog een paar vervallen panden. We spotten ook nog twee loslopende geitjes. Op één of andere manier boeit de plek ons. We lopen rond en blijven foto's en film maken.
Als we weer zijn opgestapt, zien we langs de kant van de weg nieuw gevormde zandduinen. Spiegelglad zandoppervlak en door de wind scherp gesneden kammen. Prachtig gezicht. In een voorstadje van Chiclayo belanden we tussen een begrafenisstoet, een grote menigte loopt achter de kist aan die op de schouders wordt gedragen. 
In Chiclayo stellen we ons tevreden met een simpele hostel. Lastiger is het om een parkeerplek voor de motoren te vinden, maar ook dat lukt uiteindelijk. Hoe veilig de plek is weten we morgen.
We kijken opnieuw naar de route. Er zitten lastige stukken onverharde weg in, waar het verkeer van twee richtingen komt en het pad eigenlijk maar éénbaans is. De afgrond is soms wel 1000 meter diep. Durven we dat? We aarzelen, mede omdat er wat regen wordt opgegeven wat de weg mogelijk nog moeilijker begaanbaar maakt. Morgen een beslissing nemen.

Maandag 26 oktober Chiclayo - Santa 344 km
We gaan eerst ontbijten en dan direct door om de motoren uit de stalling op te halen, zodat we ze kunnen gaan opladen. Wordt langzamerhand een routineklus . Deze keer moeten we twee trappen met de bagage lopen en zien zodoende ook dat er in het hostel in Chiclayo een stuk of drie posters hangen van de Keukenhof. Blijkbaar net zo beroemd hier als met posters net Nederland van de Taj Mahal om maar iets te noemen. 
Terwijl we aan het opladen zijn in de drukke en smalle winkelstraat waaraan het hostel ligt, komt er een politie-auto stapvoets voorbij gereden. Gedoe denken we, want je mag hier helemaal parkeren. Maar de heren rijden zo langzaam omdat ze onze motoren willen bewonderen en goedkeurend steken ze hun duim omhoog.
Als we eenmaal de stad uit zijn, kunnen we redelijk doorrijden. We komen steeds iets dichter bij de oceaan en bij onze eerste pauze besluiten we een plaatsje in te draaien om even een blik op de oceaan te werpen, maar belangrijker nog wat extra geld te tanken want dat schijnt in de bergen moeilijker te krijgen te zijn. Ook eten we een paar broodjes en een voorbij lopend vrouwtje roept naar Harry: he gringo como estas? Zo gaat het vaak. Mensen groeten vriendelijk, maken een praatje en kijken bewonderend naar onze voor lokale begrippen kolossale machines. 
Bij Trujillo gaat het mis. André stopt vlak na een rotonde om even te overleggen. We staan naast elkaar en passerende auto's toeteren want we staan daar wat ongelukkig. Harry rijdt een stukje door, stopt en wil dan een over de weg heen keren naar restaurantjes aan de andere kant van de weg. Hij draait de weg op, maar heeft de in zijn rug aankomende auto niet gezien. Hij remt nu hij de auto wel ziet, valt en de auto kan via de linkerbaan net langs hem heen sturen. Diverse omstanders en André komen aangehold om Harry en de motor weer overeind te helpen. Schade valt gelukkig mee. Harry wat pijn in zijn nek. Bij de motor het kofferrek weer terugbuigen en de handbeschermer op het stuur links is nu evenals rechts ook afgebroken, maar kan nog onder schroef worden vastgezet. Gewoon een stomme actie. Je moet op de motor altijd blijven opletten. Weer gewaarschuwd. Harry - André 4 - 3. Wat ons betreft blijft het hierbij. De automobilist die zo vriendelijk was uit te wijken komt nog even uitleggen hoe stom de actie was. Maar hij schudt ook opgelucht tot twee keer toe onze handen. Hij is zich ook lam geschrokken.
We gaan weer verder. Langzaamaan zijn er steeds meer bergen aan onze linkerzijde in verschillende kleurschakeringen. En we zien op een gegeven moment een stukje zoutvlakte. Tijdens de lunch, pikante zeevruchtensoep, vooral inktvis helaas, besluiten we te rijden tot Santa en morgen toch te proberen de moeilijkere route te rijden. Het weer is gaande de dag steeds beter geworden. Dat zegt natuurlijk niets als we 125 km verder van de kust gaan naar 2000 meter hoogte of zo. We checken later ook nog het weerbericht en dat laat zien dat er vanaf een uur of twaalf een serieuze regenkans is. We besluiten om half zes op te staan en uiterlijk zeven uur weg te rijden. We hebben geen adres in Santa en we rijden/vragen wat rond. We vinden een prima hostel met een aparte garage voor de motoren. Als we naar het centrum lopen om wat te gaan eten, komen we weer veel kinderen in schooluniform tegen. Het is ons al eerder opgevallen dat de scholen hier tot laat doorgaan. Qua eten is de variatie beperkt. Ook hier weer veel pollo (kip) restaurants. Vaak moet er van het bot gekloven worden, wat André geen probleem vindt, maar Harry geen liefhebber van is. Maar deze keer is er ook een soort nasi: kipstukjes in de rijst met groenten. Zelfs Harry vindt het lekker. Vroeg naar bed, want morgen vroeg op.

Dinsdag 27 oktober Santa - Huaraz 287 km
Half zes op, zeven uur op de motor om te proberen de voorspelde regen voor te zijn. Om half acht voelen we een paar druppels, maar het zet gelukkig niet door. Na een paar kilo eter merkt je al dat het leven wat verder weg van de snelweg die langs de kust loopt echt anders is. Eenvoudige huisjes/ hutjes, veel kleinschalige boeren, ezelskarren. Na een kilometer of 20 wordt het terrein wat meer geaccidenteerd en al snel zitten we tussen de echte bergen. De bewolking hangt laag, wat op zich best een mooi gezicht is, maar we zien toch liever de zon. Die wens wordt na een kilometer of vijftig vervuld. De eerste tachtig kilometer is asfalt. Dat bevalt Harry zo goed dat hij doorrijdt op het asfalt terwijl hij eigenlijk de afslag naar een onverharde weg had moeten nemen. De verkeerde weg is wel mooi, maar zo verspelen we de winst van het vroeger starten wel snel. Na 20 km verkeerd rijden gedraaid en alsnog de onverharde weg opgezocht nadat we onze tanks voor de zekerheid nog vol hebben laten gooien.
Het sturen op het onverharde pad is zwaar. Het bestaat uit grint en rotsblokken met soms scherpe punten. We moeten ongeveer 90 km onverhard rijden en dat gaat niet snel. Gemiddeld rijden we de eerste twee uur zo'n 25 km per uur. Regelmatig komen we tunnels tegen. Die zijn uiteraard niet verlicht en met de verlichting van je eigen motor zie je de kuilen en het zand onvoldoende om je echt comfortabel te wanen. De omgeving is prachtig. De bergen bestaan hier vooral uit rotsen, maar wel in veel verschillende kleuren. Prachtig. Het onverhard rijden is vermoeiend. Je houdt automatisch je stuur te krampachtig vast, je zou beter iets kunnen ontspannen. We moeten wat plassen door steken, maar dat geeft geen probleem. Door al het schudden zit Harry's tanktas los. Na een paar keer stoppen weet Harry het op te lossen door het gewicht in de tanktas te verplaatsen.
André is een loyale vriend. Na de val van gisteren slipt hij nu in een modderig stuk weg. Ofschoon loyaal... het eerste dat ie zegt terwijl hij bij zijn op de grond liggende motor staat, terwijl hij het stuur nog vasthoudt is: "deze telt maar half hè". Nee André we kennen geen halven: 4 - 4.
We klimmen en dalen voortdurend en worden getrakteerd op steeds wisselende  mooie vergezichten. Af en toe een tegenligger, maar in het algemeen is deze eendenvallei (canon del Pato) rustig. Op internet wordt deze weg gekwalificeerd als één van de most dangerous roads in the world. Nou, het is hard werken op de motor, maar echt gevaarlijk vinden we de weg niet. Misschien bij slechter weer, dan schijnen hier ook flash floods te kunnen ontstaan. En we kunnen ons wel voorstellen dat als het pad modderiger wordt door de regen het rijden een stuk lastiger wordt.
Rond twee uur rijden we Huaraz binnen. Een paar druppels regen gehad, maar geen echte bui. Het aantal wolken neemt nu in snel tempo toe, maar de regen blijft gelukkig uit tot een uur of vijf. Het zoeken van een slaapplaats gaat deze keer moeizaam. Er zijn mogelijkheden genoeg, maar niet met een veilige plek voor de motoren. Uiteindelijk vinden we iets met een perfecte overdekte parkeergarage, maar is de slaapaccommodatie minder: een klein hokje op de derde verdieping met zwak internet. Kost ook maar eur 14. Door de lange zoektocht van bijna twee uur naar een kamer zien we van Huaraz weinig. De omgeving schijnt prachtig te zijn vergelijkbaar met de Himalaya. Door de wolken zien we de bergen echter niet. We aarzelen nog om een trekking te doen naar een bergmeer op 4600 meter, Laguna 69, maar we besluiten door te reizen. Naar 4600 meter is best een stevige trekking voor een dag tussendoor, het weer is onzeker en we hebben nog veel op het programma. Jammer, maar dit soort lastige keuzes moeten we regelmatig maken. De plaats zelf is druk, lawaaiig. Autochauffeurs hangen continu aan hun claxon, er zijn veel winkels en het is druk op straat. Niet ons type omgeving. Morgen weer vroeg op dus bijtijds naar bed. 

Woensdag 28 oktober Huaraz - Huanuco 325 km
We staan weer om half zes op, maar komen moeizamer op gang. Het plan was om direct te ontbijten als we de motor uit de parkeergarage gaan halen, maar om kwart over zes is er nog nergens ontbijt te krijgen. Dan eerst maar de motoren opladen. We stoppen bij een busstation, daar eten we wat. Harry maakt een foutje bij het wegrijden. Als de zijstandaard, jiffy, nog uitstaat start de motor niet. Hij houdt de startknop ingedrukt, terwijl hij de jiffy inklapt, daarna start de motor helemaal niet meer en maakt een klikkend geluid alsof de accu leeg is. Gelukkig lopen alle straten hier schuin, dus kan Harry zijn motor de helling af laten lopen en zo weer starten. Als hij dan de motor weer uitzet en weer probeert te starten lukt het weer niet. Nog een keer de helling af en nu de motor laten lopen. We besluiten het zo een stukje te proberen. Na een paar kilometer gaat het rode waarschuwingslampje uit. Waarschijnlijk was de computer even van slag. De rest van de dag geen problemen meer met starten gehad. Het is inmiddels tegen achten. Het eerste deel van de route is geasfalteerd. We kunnen aardig doorrijden. We zien de besneeuwde toppen van de Andes. Prachtige plaatjes. Voor de zoveelste keer moeten we stoppen voor wegwerkzaamheden. Er staat dan iemand, meestal een dame, met een bord. Deze keer duurt het extreem lang. We raken aan de praat met Pilar, de verkeersregelaarster. Het gaat over niks, maar we hebben lol. Er zijn ook twee indianen, die op deze plek aan de wachtende automobilisten eten en drinken proberen te verkopen. Als wij arriveren zitten ze net hun ochtendtoilet te maken. Ze hebben hier in de middle of nowhere vannacht geslapen. Omdat het geregend heeft hangen hun dekens te drogen. Ze komen ook een praatje maken. Eindelijk mogen we verder. Naarmate we hoger klimmen, wordt het frisser.
Bij onze eerste koffiestop (en ook laatste die dag maar dat wisten we toen nog niet) heeft het dochtertje van de eigenaresse een electronisch muziekdoosje. Er komen allerlei bekende melodieën uit waaronder altijd is kortjakje ziek. Luidkeels zingen we mee, wat ondanks onze zangkwaliteiten door het meisje en de moeder met een brede glimlach wordt gehonoreerd. We trekken ook warmere kleding aan voordat we verder gaan. We rijden verder in het prachtige landschap en we stoppen regelmatig om foto's te maken. We rijden uiteindelijk naar een pas op ruim 4700 meter. Het begint zachtjes te regenen en vlak voor de top verandert dat zelfs in hagel/sneeuw. Geen zware neerslag, maar we besluiten voor de zekerheid toch maar onze regenspullen aan te trekken. Om in Huanuco te komen moeten we de asfaltweg verlaten. De kaart geeft aan unpaved, maar de werkelijkheid is anders. De rest van de dag, zo'n 170 km rijden we afwisselend op zand of grint maar het grootste deel tocht op asfalt maar dan met heel veel gaten. In één van de dorpjes die we passeren stuiten we op een processie. De hoofdweg is afgezet en we worden het dorp ingestuurd. Met enige moeite vinden we de hoofdweg weer terug. André krijgt van zijn motor het signaal dat zijn achterband veel te zacht is. Hij schrikt en denkt een lekke band te hebben. Maar het is loos alarm. 
In een ander plaatsje worden we ook weer omgeleid en lopen we een beetje te zoeken hoe we moeten rijden. Een jongen op een brommer ziet ons tobben en gaat voor ons rijden en leidt ons zo weer naar de doorgaande weg. Muchos gracias!
De omgeving is prachtig, maar het rijden is inspannend. Je moet voortdurend opletten voor onverwachte gaten in het asfalt, zand en water op de weg, tegenliggers op de smalle weg enz. De dreigende regenwolken zijn net weer weggetrokken en we zitten op de motor in de zon te genieten van het mooie landschap als André in een bocht een plas water verkeerd inschat. Hij probeert boven de plas langs te rijden, maar hij heeft te weinig snelheid, kan door het hoogte verschil in de bocht niet met zijn rechtervoet bij de grond en valt in slow motion naar rechts. Hij staat met allebei zijn handen in de plas, maar kan een compleet nat pak gelukkig voorkomen. Woest slaakt ie een paar flinke krachttermen, boos op zichzelf. De motor ligt op een lastige plek, maar als we de bagage er af hebben gehaald, krijgen we hem weer overeind. We blokkeren de weg en een vrachtwagen die de berg komt opgekropen moet stoppen. Zodra we uit de weg zijn, moet de vrachtwagen zich een stukje laten zakken om weer wat snelheid te kunnen maken om daarna alsnog met veel moeite zijn weg te vervolgen. Tussen drie en vier zien we steeds vaker Indiaansen die hun vee langs de weg naar huis drijven. Dat is van alles. Koeien, schapen, varkens. We moeten opletten, want die beesten trekken zich van een motor weinig aan. Waar we ook voorzichtig mee zijn is met honden. Regelmatig sprint er een exemplaar luid blaffend met de motoren mee. We zijn nog niet gebeten, maar we vertrouwen het niet en geven meestal wat extra gas. We nemen nog een pas op 4000 meter hoogte en dalen dan af richting Huanuco. Op het laatste deel van het traject wordt het drukker en de weg smaller. Vooral vrachtwagens kunnen elkaar lastig passeren. We hebben geen adres van het hotel dat we zoeken, wel een naam. Als we de weg vragen, zegt de man het hotel niet te kennen. Maar hij weet wel een goede plek en wil ons die wel wijzen. We nemen de gok. Hij pakt zijn fiets en rijdt voor ons uit door de steendrukke stad. We zijn wat argwanend maar we komen bij een prima hotel met alle voorzieningen die we wensen met uitzondering van gescheiden bedden. Wederom muchos gracias. We zijn doodmoe. Gaan nog wel even eten, maar vallen daarna als een blok in slaap.

 English version
October 22  Latacunga - Cuenca 223 mi
Left on time. Our navigation system sends us into some bad roads, but we arrive quickly at the main road without having to pass the busy centre. Due to the bad road Harry's luggage got loose, quickly tightened it again. One of our nightmares is luggage getting off the motorbike and getting between the rear wheel and the frame. There are some nasty movies on youtube about this. The first part goes fast on very nice asphalt roads. It strikes us that here it is quite a mess at the road sides. So far it was surprisingly clean, but here there is garbage everywhere. It is cool, at a certain point in time even 37 F. Fortunately it gets a bit better later on, but it was a good idea this morning to wear some warmer cloths. We ride between 8,200 and 11,500 feet. All of a sudden the nice 4 lane asphalt road turns into a much worse 2 lanes road with cracks and putholes. The environment gets nicer and nicer along the way. We decide to stop at Alausi. Also here is an Indian market, however smaller and less turistic as in Otavalo. But we are not going to the market. We simply sit outside at a table of a restaurant and we enjoy the streetview. We hear screaming pigs and a few minutes later we see the lady-owner with two black pigs at a rope. Ten minutes later the pigs seem to be sold and after some wrestling the two pigs are put into two separate bags. And we continue to see much more. We shoot one picture after the other. Difficult to stop.  But we must go on and once we are on our motorbikes again we continue to linger through the mountainous area. The clouds are in between the mountains which gives real nice views. We have a quick stop to eat some "pan" (bread). Also hear a very tempting picturesque scenery. Within 60 yards distance there are three skinned pigs displayed, one of them with a bucket below it to catch the blood that is still dripping from the pig. Again a lot of Indians, who live in the mountains surrounding the small village. If you ask whether you can take a picture, the answer is often no. So we use the long lens which is less intimidating than taking pictures right in front of someone. When we take off again there is a small drizzle that soon turns into a serious rain. We put our raingear on and of course soon after that it becomes dry again. But at the current temperatures we have to be a bit more careful. If you get wet now it means you will freeze. Before you could take your chance and dry in the sun if you got wet. The low hanging clouds limits visibility. We once in a while drive into a cloud and than we really have to reduce speed because we hardly see anything and whilst the road is a bit wet from the damp it gets more slippery too. In Cuenca we easily find our hostel. Unfortunately no safe parking spot at the hostel and the nearby guarded parking we find too expensive. So we park in front of the hostel and take everything from our motorbikes. We walk into town and we like what we see so much that we decide to stay another night at the hostel. Apart from having a better look at the city we can also spend some time on the route for the remaining seven weeks and wash some cloths. 
There appears to be a concert and after all the riding we did, we think we need a bit of a cultural infusion. So we quickly grab a hot dog and a sandwich and we arrive just in time. The concert appears to be from the german colleges in Quito, Guayaquil and Cuenca. They tour these three cities for concerts. They do sing in tune, but do not always all start at the same time. But it is charming. They sing English, German and Spanish songs. Fun to watch, no top quality.
When we arrive at the hostel again they strongly advise us not to leave the motorbikes outside for the night. They are allowed into the hostel but only against midnight, because they also have a very well attended bar/restaurant and the guests needs to go first. So we go to bed pretty late, at least given our standards during this trip.

Friday, October 23 Cuenca 0 mi
We set the alarm, since our motorbikes had to be removed from the entry of the hostel before 8am. But the crew of the hostel did it already, so we only had to put the extra locks on.
After breakfast we dropped our laundry at the lavandaria and we walked into town. Nice setting, beautiful fronts of buildings, nice cathedral. We have sachertorte at Café Austria and we picked up the laundry again. Our cloths were not totally clean, but we could not decide whether this was due to the fact they were so dirty or because of the quality of the lavandaria.
We visit two free musea. The first one, Pumapongo, strange enough owned by the Central Bank, gives a nice overview of the way the indigenous people lived and partly still live in Ecuador. Nice, but not spectacular apart from the special exhibition on shrunken heads. The displays in the museum did not give a lot of information on the exhibited heads, but as usual nowadays Wikipedia was able to help us out. Originally those heads were shrunk because the Shuari Indians believed that in that way the spirits of the persons that died would transfer to the conquerer and serve him going forward. The shrinking process is a bit of a nasty job. The complete skull is being removed, the remaining head is being prepared (boiled with certain grasses, heated with hot stones, and rubbed in with charcoal). The room in the head is filled with a wooden ball. Later when our western civilisation found out about these heads it became a collectors item and the demand became so big that the number of killings increased substantially to be able to supply sufficient heads. According to Wilkpedia this is where the term headhunting stems from.
After this we went to a museum where the famous Panamahat is made and displayed. Of course they try to sell you a hat, but they were not pushy about it at all. Interesting to see the whole process where apart from heated presses there is also still a lot of handwork involved. Harry buys a beret. We stroll again through the city, have a sandwich at Subway, a cappucino and pastry at a trattoria, in short life is good in Cuenca. Then the usual householding (set the route for tomorrow, write on the blog). We are certainly not going to ride the death road in Bolivia. Nevertheless we will still be confronted with some challenging tracks, but a lot depends on the weather. In that respect we were lucky in Central America where we did not notice a thing form the fact that we were travelling in the hurricane season. But now Patricia is coming and it is expected to be one of the heaviest hurricanes of the last decades. Escaped that one.
We have that strange mix of excitement and fear in our bodies, but so far we often were worried for no reason. As they say in Dutch: People suffer most from the suffering they fear.
Tonight we have dinner at a jazzcafé with live music. Great atmosphere. Tough job, travelling.

Saturday October 24 Cuenca - Macara 239 mi
Motorbikes outside again and as quickly as possible load the luggage. Goes smoothly, but when we walk outside after having breakfast, we see that two straps of Harry's luggage are hanging loose. Damn it, this looks like an attempt of robbery. Gives an uncomfortable feeling. Nothing went missing, fortunately. But the warnings we received about the safety in this neighbourhood are right away justified. 
On we go. We are able to put some good mileage on the two lane road that meanders through the mountains. At the first stop André hits his head against the doorpost. The doors of the toilet often have a iron frame. They are based on the average length of the locals. Harry is almost 10 inches above the top end of the door and we both need to bend quite deeply to pass the door without damage. André did not bend deep enough and has a scratch at the top of his head.
The environment is beautiful. At one of our stops to take pictures André has a chat with a man who was sitting in front of his house. He appears to be 88 years old and lives in a house without running water. He once moved to the village, but he wanted to go back to his old house. When André asks about his income he points at several buildings and land, that he claims to own. André is allowed to take a few pictures of him. The man seems to be glad that he can talk and he keeps going. Even when we are already on the motorbike again he is still talking!
Today we have been at 11,500 feet and then you are glad that you have some extra layers on you. But when we stop for lunch we are already at a much lower level and then you are glad to put some layers off. The road is quiet and gets even quiter during the last part. You immediately see that in the streetview. We see five wild horses and we also see a young donkey being suckled by the mother in the middle of the street. And than a collision. When we pass by a group of 10 to 20 Amazon parrots they fly out if the trees and one of them is hit by André. Even André as a legal specialist on injury has no clue who to blame. The motorbiker for inattended driving or the parrot for reckless flying? We do not know. The bird sits paralized on André's hand and with some difficulty André is able to stop the bike. He carefully lies the parrot on his saddle. The parrot seems to change the temporal state of life for the eternal state of death, he shuts his eyes. But all of sudden he comes to life again. When André tries to put his hands around the parrot it flutters on the ground. He seems to recover. There is something wrong with his left wing. André tries to catch him again to put him a bit further from the road in the bushes. But the parrot is fed up with the human interference in his life and bites André in his thumb. André puts him in the bushes. We will never know how this story ends, but we think the odds are against the parrot.
We arrive at Macara at 2,600 feet. The hotel is nice with a separate locked and covered parking. 
The temperature at this height is substantially higher and we put the airco on. 
We walk into town for dinner. Nothing that can inspire Harry. We end up at a hamburgershop. It does not look to clean and it has a smother. At least our stomachs are filled again. When we walk back to the hotel we see that there is something going on at the square before the church. We decide to take a look. Everybody is offered a drink and gets some bread. We kindly refuse but the lady insists and Harry decides to be polite. And it is tastful. It is hot, tastes a bit like glūhwein but then with fruit in it.
The event on the square is more than anything else touching. Kids playback text and songs, there is a singer who sings a bit out of key and there is a lady singer with good looks but a not so strong voice. And the climax is a man who runs around in a construction that looks like a calf, made of bamboo and papier-maché. At the outside it is full of fireworks. At the end of the show unintentionnally the back end of the calf catches fire. But they quickly put the fire out, no harm done. We have no clue what the deeper idea is behind this performance, but it was fun to watch. 

Sunday, October 25 Maraca Ecuador - Chiclayo Peru 237 mi
After facetiming with Esther (the daughter of Harry (and Jos), and her kids Cas and Max we leave for the border which is about 6 miles away. It is quite and we are serviced very friendly. The warnings we received for thieves at this border seems an exaggeration. But this is probably also due to the quietness of the place. We can imagine this is different at the main border, more north. The whole process takes anyhow close to two hours. Especially the man that needs to arrange the temporary import of our motorbikes in Peru needs a lot of time. His computer breaks down twice and in almost every word or number that he needs to type, he makes a mistake. So we decide to look closely over his shoulder. The compulsory insurance goes unexpectly easy. We were told it would be difficult to get insurance but right at the border we can arrange it for USD 33.
At almost every bordercrossing we see the landscape change. Not so strange of course, borders are often based on natural boundaries. Here the two countries are separated by a river. At the Peruvian side it is less mountainous and it also becomes less green pretty rapidly. It gets hotter and the sky is blue. We do have the occasional speedbump, but move on pretty fast. Harry notices a crossing leguaan too late. End of his lifetime. From Sullana we drive right into the desert. The wind is picking up.
We see another procession. About fifty men are carrying an enormous bearrier to carry aa picture of Jesus Christ, there is a band playing and along the road there are balloons that are bring pinched when the procession passes. We stop for a while, shoot a bit of film, but we are too much of an intruder here, so we leave quickly again.
After Piura the wind gets stronger and stronger and it becomes a big plain of sand. We really have to work hard today to keep the bikes on the road. We drive on long straight roads where further out the surface of the road becomes a kind of a mirror. The wind blows the sand across the road. At the side of the road nothing but sand. Sometimes you really feel in the middle of nowhere. Somewhere half way we stop to recover a bit and to have a drink. A desolated place with a small church and a little restaurant. In between some ruins. We spot also two goats. Somehow this place has an appeal to us. We keep shooting pictures and film.
Back on the road again we see perfectly shaped sanddunes with a top as sharp as a knive. Impressive to see how nature works. When riding into the outskirts of Chiclayo we see a funeral procesion. The coffin is carried at the shoulders of a few men and a large group of people is walking behind it. In Chiclayo we go to a simple hostel. Not so easy to find a parkinglot, but we manage to find one. Tomorrow we will find out how safe the place will be.
We have another look at the direction we want to take. Part of the planned route is unpaved. And partly there is only one track, whilst traffic comes from both ways. And the drop right next to the road can be 3,000 feet. We hesitate, also because there is rain expected which will make the road even worse. We will take a decision tomorrow.

Monday October 26 Chiclayo - Santa 214 mi
We have breakfast in town and right after that we go to pick up our bikes. Everything ok. We load the bikes which becomes a kind of a routine. This time we need to walk two stairs and while doing that we see that this hostel has three big posters of the Keukenhof. Apparently the Keukenhof is here as famous as eg the Taj Mahal back home.
Whilst we are loading the bikes a policecar drives by very slowly. This means trouble we think since you are not allowed to park here. But the officers drive so slowly because they want to have a good look at our bikes and as token of their appreciation they give us a big thumbs up.
Once we are outside town we move pretty fast today. We come even a bit closer to the ocean and we decide to have a look at it in the town where we will have our first stop of the day. More importantly we also want to go to a ATM since in the mountains it is said to be more difficult to get cash. We eat a few sandwiches and a woman that crosses us at the pavement says to Harry: He gringo como estas? This is how it often goes. People are very friendly, they stop to talk and always admire our impressive machines. 
At Trujillo we have an accident. André stops just after a roundabout to discuss what to do. Whilst we are standing there a lot of passing cars blow their horn and they are right it is inconvenient. Harry moves on and tries to make a u-turn to go for a coffee at the restaurant at the other side of the road. Unfortunately he did not see a car coming. He breaks once he has seen the car, slips, falls and he is lucky since the car just misses him. Several people come to help to lift the motorbike and also André who it all saw happening right in front of him. Not too much damage to the motorbike, but Harry has a bit of a pain in his neck. Just a stupid action. With a motorbike you need to be concentrated 200%. Warned again. Score is now Harry 4 André 3. As far as we are concerned we settle for this. The driver of the car parked his car and comes to explain how stupid the action was. But he is also pretty relieved. He shakes our hands two times before he leaves. It must have scared him too enormously.
We continue. On our left we see more and more mountains in all kind of colours. We also see a little salt plain, we are still quite close to the ocean. During lunch, seafruit soup but unfortunately most of it was squid, we decide to drive until Santa, and to try tomorrow the more difficult road. Today the weather improved. That does not say a thing of course when you move into the mountains. At the level of 6,000 feet and 85 miles from the coast the weather can be totally different. Later we check the weather forecast and it is expected to start raining at noon tomorrow. We decide to rise at 5.30 am and leave at 7. We have no specific address in Santa to go to and we ask around. Ultimately we find a very nice hostel with a parking garage. When we walk to the centre of town for dinner we see a lot of kids in schooluniforms. We noticed already before that scholos start early and end late. With respect to food there is not a lot of variation. It is pollo (chicken) everywhere and preferable still on the bone, which André likes, but Harry not. 
But this time they have a kind of mix with rice, chicken peaces and some nice spices. Even Harry likes this. Early to bed.

Tuesday October 27 Santa - Huaraz 179 mi
Up at 5.30 am, leaving at 7 to beat the rain. At 7.30 we feel the first drops. But fortunately it does not become a serious rain. After a few miles you notice right away that life a bit further away from the ocean road is totally different. Small simple houses or even huts, a lot of small scale farmers, and donkeys often used to pull a cart. After 12 miles or so the road becomes less flat and soon we are in the real mountains. The clouds hang low, nice view but we rather see the sun today. After 30 miles that wish comes through. The first 50 miles is an asphalt road. Harry likes that so much that he misses the turn towards the dirt road. The environment is very impressive but after 13 miles we draw the conclusion that we are heading in the wrong direction and that we need to go back. In this way we will the loose the advantage of an early start quickly. Just before the start of the dirt road there is a gassation and we decide to fill our tanks just to be on the safe side. Riding a dirt road is heavy. The surface consists of gravel, sand and rocks with sharp edges. We need to drive about 55 miles on the dirt road and our pace is only 15 miles per hour. We need to pass tunnels too. There is of course no light in these tunnels and our head light is insufficient to see all the holes and the sand. Not really a comfortable feeling. The surroundings are impressive. The mountains here are mainly rock but in all kind of colours. Beautiful. Riding is tough. You hold your steer a bit too firm and actually you should relax a bit more. We cross through small water ponds, which goes pretty smoothly. Due to the bumpy road Harry's tankbag gets loose. The answer to that was to transfer a bit of weight from the front to the back. André is a loyal friend. After Harry's fall yesterday, he decides to fall today. In a muddy piece of the road he slips. Although, whether he is really loyal? The first thing he says whilst he is standing next to his tumbled motorbike still holding the steer: this one only counts half is not it? No it is not. We do not recognize halves, so it is 4 - 4. We are going up and down constantly and we are treated with ever changing views. Once in a while there is somebody coming from the other side, but in general this duck valley (Canon del Pato) is quite. On the internet this was qualified as one of the most dangerous roads in the world. And although we need to work hard, we do not consider the road as very dangerous. But this is perhaps different in bad weather when the road becomes muddy and we read that also here like in Zion NP flash floods could appear. 
Around two pm we arrive in Huaraz. We had a few drops but no real rain. But the number of clouds is quickly building and they are pretty dark. But it does not rain until 5 pm. We have difficulty in finding a place to stay. Enough possibilities but they often do not have a safe place to park the motorbikes. Finally we find a perfect place for the bikes, but our room is less attractive. A small room at the third floor, weak internet, but it is only usd 16. We do not see a lot of Huaraz due to our long search for a room. The environment should be fantastic, comparable with the Himalayas. Due to the clouds we do not see the mountains around the place. We hesitate whether we should do a trekking to the mountainlake Laguna 69 at 15,000 feet, but we decide to travel on. Going to 15,000 feet is a challenge for just an in between day, the weather is uncertain and we still have a lot of other plans. It is a pity, but these kind of tough choices we are forced to make quite regularly.
The place itself is noisy. Car drivers beep their horms constantly, there are a lot of shops and it is busy on the streets. Not our type of environment. Tomorrow we want to rise early again, so early to bed too.

Wednesday October 28 Huaraz - Huanuco 202 miles
We are up again at 5.30 am, but we have a bit of a slow start. The plan was to have breakfast right when we pick up the motorbikes but at 6.15 am you cannot get breakfast anywhere. So we get the bikes first and load them. We leave and stop at a busstation, there we eat something. Harry makes a mistake when we want to leave. If the jiffy is still out, the engine will not start. Whilst he collapses the jiffy he keeps pushing the starting button. After this the engine does not start at all and the bike clicks like it has an empty battery. Fortunately all streets run here at a certain angle so we push the bike towards one of the streets that is running down to start the engine. This works. But when Harry stops the engine and tries to start it again it is not working and making the same noise as before. We run the bike down the same steeet again and keep the engine running now. We decide to give it a try. After a while the red warning signal goes off. Probably the computer was a bit upset. The rest of the day no problems when starting the engine. It is meanwhile close to 8 am. The first part is a nice asphalt road. We progress quite well. We see the snow capped mountains of the Andes. Beautiful views. We are often stopped because of road maintenance going on. Most of the time there is lady with a stop sign. This time it takes extremely long. We start a chat with Pilar, the lady who has the stop signal. It is not a very rich conversation but we have fun. There are also two Indians, who try to sell food and drinks to the people waiting. When we arrive they are just dressing up for the day. It looks like they slept here in the middle of nowhere last night. Because it rained they are drying their blankets. Also they come to us for a bit of a chat. Finally we may continue.
The higher we get the colder it becomes. 
At our first coffee break ( and also our last one today but we did not knew that by then) the lady owner has a daughter who has an electrical music box. The box plays some familiar songs. The songs we know we sing along and despite our lacking sing qualities the daughter and her mother honor our attempt with a big smile. Before we ride on we put on some hotter cloths. The landscape is impressive. We stop regularly to take pictures. Our first pass today is at 15,500 feet. It starts to rain a little bit and when we almost reach the top of the pass it is even turning into hail / snow. Not very heavily, but enough for us to put our raingear on. To get into Huanuco we need to leave the tarmac road. The map shows the remainder of the road (approx 100 miles) as unpaved, but it is a bit different. It is a mix of tarmac however with big holes in the asphalt, and sand or gravel. In one of the villages we pass there is a procession and we are diverted. With some difficulty we find the main road again. André is warned by his motorcycle that his rear tyre is loosing pressure. He gets pretty concerned about it and thinks he has a flat tyre. But when he checks it, nothing seems to be wrong.
In another village we are diverted again and we are looking around on where to go because signage is not the best developed part of this country. A boy on a moped sees us struggle and starts leading our way out of town back to the main road. Muchos gracias!
The surroundings are great, but driving is tough. You constantly need to pay attention to the holes in the tarmac, sand and water on the road, cars coming towards you on the narrow road and so on. The dark clouds just moved out and we are enjoying the return of the sun when André makes a wrong judgment call when he needs to cross a pond. He tries to drive above the pond, but his speed is too low and he cannot touch the ground with his right foot and in slow motion he falls to the right. Both hands in the pond, but fortunately not completely wet. 
He is angry at himself and he uses some words we do not want to repeat here. The motorbike is at a difficult spot but after removing the luggage we are able to lift it. We block the road and a truck that is creeping up the mountain must stop. As soon as we are gone the truck tries to continue but he first needs to drop a bit to be able to gain some speed. 
Between 3 and 4 pm we see more and more often lady Indians driving their cattle home. This cattle is all you can think of. Cows, sheeps, pigs. We must pay attention since these animals do not care too much about motorcycles. We are also quite careful with dogs. Regularly there are dogs that simply run towards the bike and bark loudly. We have not been bitten yet, but we do not trust them and we often open the gashandle a bit further.
After another pass at 13,000 feet we slowly descend towards Huanuco. At the last part of our trip today it gets busier and the road gets smaller. Especially trucks experience difficulty in passing eachother. We have no address, only a name from the hotel we are looking for. If we ask somebody, he does not know the hotel, but he says he knows a very good place for us. We decide to take the gamble. The guy gets his bicycle and rides in front of us to the other end of the city. We are bit a suspicious but we arrive at a very nice hotel indeed with everything we want apart fom separate beds. Again muchos gracias. We are deadly tired. We have a quick diner, but after that we soon fall into a very deep sleep.

2 opmerkingen:

  1. 't Was weer spannend. De stand is nu 5 - 4 voor Harry, toch? Kom op neef, je hebt een familie-eer hoog te houden. Zorg dat je deze voorsprong niet meer weg geeft. Je kan het!
    Groeten, Corry en Leo

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ha Corry en Leo,

      Dat is nou jammer. Jullie als trouwe lezers zouden toch moeten weten dat André inmiddels 5 keer zijn motor heeft laten vallen en ik 4 keer.

      Groeten,

      Harry

      Verwijderen